Inloggen

De missie voor veel gemeenten en provincies is dat de mensen meer eigenaar moeten worden van hun eigen omgeving.  Het oude stelsel van besturen, de democratische rechtstaat, functioneert steeds minder, maar hoe moet het nu dan wel?


Studio Vers Bestuur


Gastspreker was Ferenc van Damme. Ferenc werkt sinds 2012 bij de provincie Overijssel en sinds 2015 heeft men bij de provincie een afdeling ‘Studio Vers Bestuur’. Dat is een soort R&D-afdeling voor de provincie waar Ferenc deel van uitmaakt. Ze proberen de spelregels van de veranderende wereld toe te passen op het eigen werk. Dit doen ze met gemeenten, wijken en gebiedscoöperaties in Overijssel. Alles wat in deze sessie besproken werd, is gebaseerd op de ervaring van Studio Vers Bestuur en op divers onderzoek.


Veranderingen


We staan met z’n allen als prive-persoon midden in de maatschappelijke veranderingen. Tv-kijken en muziek luisteren is bijvoorbeeld veranderd, veel mensen hebben Netflix, Spotify, etc. Maar zakelijk, in ons werk, doen we nog weinig met maatschappelijke veranderingen. Deze sessie is vooral bedoeld om je ervan bewust te laten worden dat maatschappelijke veranderingen ook van invloed zijn op je werk en dat je bij je werk rekening moet houden met veranderingen.  

Interessante boeken zijn:

  • Omwenteling, van Jan Rotmans
  • Revolution, van Russell Brand
  • De meeste mensen deugen, van Rutger Bregman
  • Homo Deus, van Yuval Noah Harari
  • Nooit af, van Martijn Aslander en Erwin Witteveen
  • Society 4.0, van Bob de Wit
  • Groter denken, kleiner doen, van Herman Tjeenk Willink
  • The inevitable, van Kevin Kelly
  • Machine platform crowd, van Andrew McAfee en Erik Brynjolfsson



Tijdperken

Het is nu geen tijdperk van veranderingen, maar een verandering van tijdperken.  En die tijdperken gaan steeds sneller. De agrarische revolutie duurde 8000 jaar, de industriële revolutie 125 jaar. De uitvinding van de gloeilamp 90 jaar, de maanlanding 22 jaar, internet 9 jaar… De uitvindingen gaan steeds sneller. We zijn op weg naar “De singulariteit’. Dat wil zeggen dat alles wat we kunnen verdubbeld in een seconde en dit zal voor 2045 bereikt zijn. De technologische vooruitgang brengt veel goeds. Er zijn in vergelijk met 100 jaar geleden nog nooit zo weinig doden in oorlogen gevallen, er waren nog nooit zo weinig misdaden, er is veel rijkdom en veel mensen hebben toegang tot onderwijs, armoede neemt af.  Helaas gaat de technologische vooruitgang wel ten koste van de biodiversiteit en andere volken, maar voor ons brengt de technologische vooruitgang veel goede dingen.   


Nieuwe spelregels

Al deze veranderingen zorgen voor nieuwe spelregels, voor iedereen en alles, ook voor projectmanagers van overheden.

Banen, taken en werk worden door machines overgenomen. Platforms, zoals Google en Twitter maken de dienst uit, maar ook kleine platforms, zoals een platform voor een woonwijk. Bij de crowd zit heel veel kennis, zij weten het beter dan de experts. Realiseer je dit alles, anders ben jij de volgende V&D. De jeugd weet niet meer wat een radio- en televisieomroep is. De jeugd heeft daar geen enkele band mee en kijken niet meer op de traditionele wijze tv. En ander voorbeeld is de zelfvliegende taxi drone. Deze vliegt al in Singapure en Helsinki.

 

Deze taxi drone zal zich net zo snel ontwikkelen als de e-bike. In 10 jaar tijd worden er nu alleen nog e-bikes verkocht. Wanneer straks iedereen gebruikmaakt van de Velodrone, zoals deze taxi heet, wat moeten we dan nog met parkeergarages, asfalt, rijbewijzen? Qua wonen zien we de ontwikkelingen met bijvoorbeeld tiny houses, die volledig onafhankelijk zijn van het stroomnet en de riolering. Wat moet je hier nog met je nutsvoorzieningen als gemeente? Als je een beetje actief bent op social media gebruik je misschien vier platforms, maar er zijn honderden social media platforms. Die kan je niet allemaal beheren en er gaan nog mega platforms vanuit het oosten komen. We moeten bovendien heel beducht zijn voor de macht van de grote platforms, het vormt een bedreiging voor onze democratie.


Economie

We hebben een nieuwe economie nodig. Tien jaar geleden werd Kate Raworth met haar donut-model nog uitgelachen. Amsterdam gebruikt dit model nu. Aan de buitenkant van het model staan alle schadelijke gevolgen van onze huidige economie voor de aarde, zoals stikstof en de afname van  biodiversiteit. Wanneer we komen aan de elementen aan de binnenkant van het model staan, zoals voedsel en gezondheid, dan gaan de mensen protesteren, want dan wordt hun comfort minder. In de ideale situatie blijf je in het midden, in de groene cirkel. Een economie met respect voor mens en natuur. Dat is een ander soort denken als een economie die elk jaar weer met een x-aantal procent moet groeien.


Ondertussen in Nederland

In de oude wereld hadden we zuilen en sociale klassen, was alles hiërarchisch, statisch, voorspelbaar en materiaal. In de nieuwe wereld hebben we netwerken en individuen, is het heterarchisch, dynamisch en onvoorspelbaar en immaterieel, de zogenaamde zwerm.

De spelregels van de oude wereld zijn nu nog dominant, qua besluitvorming, besturen en financiën, terwijl de nieuwe wereld nu geboren wordt. Iedereen vindt dat we nu naar mede-eigenaarschap en participatie moeten, maar hoe doe je dat als de spelregels van de oude wereld nog dominant zijn?

Mensen kijken hier heel verschillend tegenaan. Het heeft niets te maken met politieke voorkeur, geloof, man of vrouw zijn, of opleidingsniveau. Mensen hebben hierover diverse emoties, zijn nu boos, verward, gefrustreerd of gebruiken het juist positief om zelf verandering aan te kunnen brengen. Het snappen van de implicaties van deze nieuwe ontwikkelingen zal het verschil maken tussen floreren en simpelweg overleven. Of tussen overleven en ten onder gaan. 


De houding die je als overheid zaait, zal je oogsten

Als overheid heb je zeven keuzes van leiderschap. Bij elke bestuursstijl past een participatievorm. Onderaan op de ladder staat een gesloten autoritaire stijl en daarin speelt participatie geen rol. Voorbeeld hiervoor is China en deze is zeer efficiënt. In China gaat daarom de duurzaamheid en de transitie veel sneller. Hier wordt niet jaren gedebatteerd over een paar windmolens. Geen enkele bestuursstijl is beter of slechter, je moet wel een duidelijke keuze maken. Veelal zitten we in Nederland op de tweede trede, de open autoritaire stijl. Eens per vier jaar doen wij afstand van ons recht om te beslissen en leggen dit in handen van het democratisch gezag. Op bepaalde onderwerpen stijgen we iets op de treden, maar de uiteindelijke beslissing ligt weer op het niveau van de tweede trede. Als opdrachtgever of opdrachtnemer moet dus helder zijn op welke trede van d ladder je staat.

Denkstappen bij het bepalen van de trede

Bepaal per project, per thema en per onderwerp:

  • Waarom: Waarom zit dit onderwerp op welke positie op de participatieladder? Waarom eigenlijk interactie met de mensen? Snappen alle betrokkenen waarom we dit doen?
  • Wat: Wat zijn de spelregels in dit geval? Wat is wiens rol, houding, mandaat en verantwoordelijkheid? Wat is het verwachtingsmanagement?
  • Wie: Met wie wil je deze klus gaan klaren? Inwoners of partners zijn niet één soort mensen. Wie zijn we eigenlijk. Belevingswerelden van anderen? Doelgroepsegmentatie!
  • Hoe? Je kunt pas echt bepalen hoe je het gaat doen na het bewust doorlopen van bovenstaande stappen. Een eerdere keuze voor ‘gedegen’ of ‘ludieke’ aanpakken is vaak verspilling van geld en energie.

Vaak vervalt men bij participatie in het traditioneel betrekken van inwoners via folders, websites, nieuwsbrieven, keukentafelgesprekken, info-avonden, inspraakrondes, focusgroepen, ‘leuke’ bijeenkomsten etc. Of men richt een burgerpanel, jongerenraden, wijk-, buurt en dorpsraden of belangenverenigingen op, maar geen doorsnee mens gaat vrijwillig in zo’n groep zitten. Je krijgt daarin weer de usual suspects en zij vertegenwoordigen niet de grotere groep. Mensen onder de 45 zitten sowieso niet in panels of raden. Zij hebben geen vertrouwen in de media en de politiek. Als mensen onder de 45 in dit soort raden zitten, dan alleen voor hun eigen belang.


Tijd voor een andere houding?

Alles wat je voor mij doet, maar niet met mij, doe je tegen mij (Gandhi). Denk als projectleider dus niet alleen in je eigen belevingswereld. Je komt bij veel groepen als projectleider binnen als de vijand.

De top drie van de meest onbetrouwbare beroepen zijn volgens Nederlanders bankiers, politici en ambtenaren. Wees je hiervan bewust. Je wint niet het vertrouwen van inwoners door ‘gemaakt’ op de inwoners toe te stappen. Dat komt niet geloofwaardig over. Let ook op je taalgebruik. Spreek de taal van de doelgroep.


Doelgroepen voor participatie

Motivaction heeft acht sociale doelgroepen gedefinieerd.

  • De traditionele burgerij, die geen veranderingen wil.
  • De moderne burgerij, wonen massaal in Vinex-wijken en zijn ongerust over de toekomst. 
  • Kosmopolieten, zijn beschouwend en vooruitstrevend. Kijken naar het grotere geheel.
  • Postmoderne hedonisten, willen vooruit en willen dingen beleven, willen intern rijker worden.
  • Nieuwe conservatieven, die orde, regelmaat, fatsoen en respect willen en een luxe leven leiden.
  • Gemaksgeoriënteerden, werken overdag hard en willen 's avonds geen gezeur aan hun kop, dont worry, be happy.
  • Opwaarts mobielen, willen vooruit op de sociaal economische ladder. Die willen laten zien dat ze het materieel goed hebben.
  • Postmaterialisten, zijn de kansloze wereldverbeteraars.

Bij de overheden werken veel postmaterialisten, kosmopolieten en postmoderne hedonisten. Op bijna alle postcodes in Nederland vind je de onderstaande verhouding van de belevingswerelden terug.

 

Bij alle thema's, zoals wonen, de energietransitie, etc, zou je al deze groepen moeten zien te bereiken. Dat is bijna niet te doen. In de praktijk bestaan er gelukkig vier rollen die mensen in de samenleving willen vervullen. Hier ontstaan een aantal gelijke houdingen. Op de vraag hoe men zijn rol in de samenleving ziet, beantwoorden de nieuwe conservatieven, de kosmopolieten en de post-materialisten gelijk. Zij denken over hun rol in de maatschappij hetzelfde en zij zijn samen in hun wijk, buurt of gemeente de verantwoordelijken en deze groep horen wij bij de overheid het meest.

 

De verantwoordelijken doen mee aan enquetes, komen naar inloopavonden, kennen de weg naar de politiek, oefenen al invloed uit. Deze groep krimpt echter met twee procent per jaar. In 2030 is deze groep nog maar 17% groot. Alles wat nu een penningmeester, een secretaris, een voorzitter en statuten heeft, zal merken dat het steeds moeilijker wordt om mensen te vinden die meedoen, omdat de groep verantwoordelijken kleiner wordt. 

De plichtsgetrouwen doen braaf wat de in hun ogen authoriteiten verlangen. De groeiende groepen zijn de structuurzoekers en de pragmatici. De structuurzoekers zijn ongerust door alle veranderingen die gaande zijn. Deze groep groeit met twee procent per jaar. Het hardst groeit de groep van de pragmatici, veelal mensen van onder de 40. Deze groep heeft niet veel met de overheid of de verantwoordelijken. Zij leven hun eigen leven. In 2030 zal dit de grootste groep zijn. Met deze twee groeiende groepen moet je dus aan de slag, maar zij zijn dus het moeilijkst te bereiken. Hiervoor moet je, je team, eerst je eigen box van normen en waarden kennen en daar vervolgens uit te durven stappen om met anderen op een gelijkwaardige manier het gesprek aan te gaan. Zorg daarom vooral voor echtheid oftewel authenticiteit en echte mede-eigenaarschap.


Leeftijden

Hoe ziet de verdeling van de sociale milieus eruit per generatie? Eerst delen we de inwoners op naar leeftijden. 

  • Vooroorlogse generatie (1910 - 1930)
  • Stille generatie (1931 - 1940)
  • Protestgeneratie (1941 - 1955)
  • Verloren generatie (1956 - 1970)
  • Pragmatische generatie (1971 - 1980)
  • Grenzeloze generatie (1981 - 2000)
  • Generatie Z (2000 - ...)

Als je vervolgens kijkt naar de sociale milieus afgezet naar de generaties, dan ontstaat volgende beeld:

De mensen die in de jaren negentig geboren zijn, hebben dus totaal andere opvattingen over het leven als mensen die rond de oorlog geboren zijn. Eerst waren er duizenden jaren nodig voor zo'n veranderende mentaliteit, en nu gaat dat heel snel. Projectmanagement moet dus ook veranderen om aansluiting te blijven houden bij de inwoners. De oudere opvattingen sterven uit. 


Veranderd projectmanagement

De Raad van Openbaar Bestuur zei in 2012 al: "Democratie is meer dan politiek alleen. Bij het vergroten van directe zeggenschap van mensen spelen professionals een centrale rol. Zij zijn aan zet om mensen zeggenschap te geven, maatwerk te beiden en in staat stellen meer eigen regie te voeren. Dat vraagt om vaardigheden die nog niet altijd voor zich spreken." 

  • Buiten de box denken? Je moet van die box af!
  • Er is niet meer één soort projectleider. Soms heb je een projectleider nodig die een aanjager is, soms een hiërarchische leider, soms een analytisch procesregisseur, een verbinder, een netwerker of een agenderende ambassadeur.


Wat werkt dan wel?

Echte mensen, die mede-eigenaarschap willen bieden! Actief, bescheiden en positief. Als gelijkwaardig meedoen in dialoog, vragend luisteren, vooroordelen bewust vermijden, meer hart dan hoofd. Volgens Bart Brandsma: "Een beschaafde democratie produceert een nieuwe 'wij' en omgang." Social media is niet het alomvattende  antwoord. Gebruik per project differentiatie in doelgroepen en een cross-mediale mix van communicatie.

  • Ontmoetingen blijven belangrijk (co-creatie, verbinding, luisteren, ophalen). Je krijgt bij echte ontmoetingen het meeste gevoel bij de mens tegenover jou. Online kunnen mensen niet echt zijn, je krijgt geen gevoel hoe serieus de persoon is.
  • Drukwerk (Huis-aan-huis kranten, magazines: verhalen van mensen)
  • Online (website, social media en eigen platforms). 

Wat bij alle communicatie geldt: laat de mensen aan het woord en doe zelf een stapje terug. Laat de mensen zelf hun content maken en verspreiden. De belangrijkste sleutel blijft het eigenaarschap van een project. De beste leiders zijn leiders die je niet ziet. 


Voorbeeld

De gemeente Kampen heeft een experiment gedaan waarbij het raadsbesluit er als volgt uitzag:

De raad wilde leren hoe zij met de nieuwe ontwikkelingen om moeten gaan en deden dit concreet in de praktijk bij de ontwikkeling van een bouwlocatie. Iedereen mocht zelf de plannen bedenken en een besluit nemen. De raad had vooraf gezegd dat zij het besluit over zou nemen. De uitkomst werd door de raad geheel opengelaten. Het was voor de raad tijdens het proces megamoeilijk om niet in haar oude rol te vervallen en dingen te willen beslissen.  


Samenvattend

We zitten allemaal in een revolutie. Je bent er onderdeel van, zowel privé als zakelijk. Steek je energie in mensen, intern en extern, die deze veranderingen leuk vinden, die dit willen. Ga niet trekken aan een dood paard. In je wijk en organisatie zijn genoeg mensen die dit willen. Ga met hen aan de slag onder het motto  doen, leren en delen. 

Meer info

De presentatie vind je hier: https://www.vpng.nl/mijn-omgeving/dashboard/forum/post/meet-en-greet-studio-vers-bestuur

De opname van deze bijeenkomst is eveneens terug te kijken: https://www.vpng.nl/mijn-omgeving/dashboard/e-learning/#webinars-20202021